donderdag, februari 16, 2006

De erfenis van Tagore, een stukje Indische filosofie en poezie

Naast de wereldwijd grootste collectie aan religieuze en spirituele literatuur heeft India, naast andere zaken, reeds tal van wereldwijd erkende bijdrages gedaan in ons denken over armoede en economie (Nobelprijswinnaar Amartya Sen), geweldloos politiek verzet tegen imperialisme (Ghandhi) en de huidige neoliberale uitbuiting (Arundhati Roy) en in een poezie en filosofie van een schoonheid en helderheid die zelfs in zijn vertaalde vorm wereldwijd aanhangers vond. De in het Westen reeds vergeten Rabindranath Tagore bijvoorbeeld, wiens poezie en gedachtengoed uit de eerste helft van de 20ste eeuw tot vandaag de dag door zowat elke Bengaals sprekende Indier gekoestert wordt. De tegenstellingen tussen zijn gedachtengoed en dat van Gandhi worden prachtig omschreven in het zeer verhelderende boek “The Argumentative Indian”, van Amartya Sen. Waar Gandhi de nood aan idolen en een nationalistische strijd propageerde verwierp Tagore elk nationalisme en legde zijn hoop in de kracht van redenering, de vrijheid van denken en de openheid van geest. Waar Gandhi een cultureel separatistisch idee had waarbij het Brits koloniaal systeem over een en dezelfde kam geschoren werd als het geheel van de westerse cultuur die totaal verworpen moest worden maakte Tagore een haarscherp onderscheid tussen een poltiek machtssysteem en een andere, Westerse, cultuur waarvoor we volgens hem ook open moesten staan om te leren wat er uit te leren viel. Net zoals ik open sta om te leren uit het Indische gedachtengoed en cultuur, zonder daarbij mezelf daarmee te associeren of aan te onderwerpen. Wanneer Gandhi verklaarde “never make a promise in haste because once you made it you should fulfil it at the cost of life” reageerde Tagore met “One should never stop reasoning. Fling away your promise if it is found to be wrong.” Een soortgelijk conflict tussen Krishna en Arjuna vinden we terug in de 3500 jaar oude Veda’s, waarbij Krishna Arjuna op diens plicht om een zinloze oorlog uit te vechten wijst en waarbij Arjuna de gevolgen ervan in zijn redenering incalculeert en daaruit besluit dat zijn ‘nationalistische plicht’ ondergeschikt is aan het natuurlijke verstand van redenering die zegt dat het een zinloze oorlog is. Terug naar Tagore echter, want in tegenstelling tot wat in het Westen blijkbaar gedacht werd is hij veel meer dan enkel een poeet. Einstein vroeg hem ooit; “If there were no human beings any more, then the Apollo Belvedere would no longer be beautiful?”, waarop Tagore simpel antwoorde “No”. Einstein zei daarop “I agree to this kind of conception of beauty but not with regard to truth’ waarop Tagore verklaarde “Why not, truth is realized through men”. Schoonheid en waarheid zijn in zijn ogen percepties van de mens, geen vaststaande feiten. Ook zijn visie op onderwijs, gepraktizeerd in zijn eigen school, waar hij de focus op zelfmotivatie en aanscherpen van intellectuele nieuwsgierigheid boven opgelegde discipline en competitieve excellentie legde wierp zijn vruchten af, met wereldberoemde schrijvers en filmmakers als resultaat. Kortom, als een man met zoveel diepgang en wijsheid een gedicht als het volgende schrijft staan mijn zintuigen op scherp en graag laat ik andere mensen die een soortgelijk gedachtengoed bewonderen meegenieten van slechts 1 van zijn talrijke verrijkende, verruimende, verhelderende gedichten;

Where the mind is without fear and the head is held high
Where knowledge is free
Where the world has not been broken up into fragments by narrow domestic walls
Where words come out from the depth of truth
Where tireless striving stretches its arms towards perfection
Where the clear stream of reason has not lost its way into the dreary desert sand of dead habit
Where the mind is led forward by thee into everwidening thought and action –

Into that heaven of freedom, my Father, let my country awake.

woensdag, februari 15, 2006

een ordinaire werkdag

7u, 15°C. De opkomende zon werpt vanachter een beboste heuveltop een nu nog zachte oranje gloed over de zwerm saras die over het grote meer glijden. De laatste beren en cheetas hebben zich reeds teruggetrokken in de jungle achter het dorp en enkel een langzaam door de nu droge rijstvelden huppelende jakhal kan de ochtendrust van het dorp enigsinds verstoren.
8u, 20°C. Een chapati, eitje en wat pakora’s worden met de nodige chaay doorgespoeld. Een slangenbezweerder komt zijn kunstjes opvoeren met een massa aan kindjes in schooluniform rond hem.
9u, 25°C. Gesandwiched tussen Dilip (alias doctor love) en Pitambar tuft onze ‘rajdoot’ over de bospaadjes richting het dorpje van de dag.
10u, 30°C. Na de nodige tika’s, bloemen en uitwisseling van beleefdheden begint het 1e interview
13u, 35°C. We eten terplekke een door de groep bereidde lunch, met een beetje lokale vis als uitschieter op de anders eeuwige rijst, linzen en zelfde groentjes.
14u, 35°C. Een gevecht tegen de slaap maakt het 40ste interview met een volle maag en de slopende hitte er niet eenvoudiger op. We bijten soms al eens op de tanden en blijven naar nieuwe dingen zoeken.
16u, 30°C. De ergste zon is over en we crashen in het veldkantoortje voor een welverdiende siesta
17u30, 25°C. De schaduw laat eindelijk terug toe om mijn tawlia af te werpen en een beetje te wandelen en badmintonnen zonder binnen de 10 minuten naar schaduw en water te smeken.
18u, 25°C. Met Pitambar en Sanjay doen we aan evaluatie, consolidatie, discussie en analyse van alles wat we vandaag geleerd hebben.
19u, 20°C. Tijd om bij de familie die voor ons kookt wat chapatis te gaan rollen, de kleinste te leren jongleren, wat woordje Hindi en Engels uitwisselen en occasioneel al eens van het natuurlijk lichtalcoholische boomsap genaamd salfi te sippen.
21u, 20°C. Al zwaar maar prettig en lachend discussierend over NGOs, politiek, globalizering en veel meer duikelen we moe maar tevreden in ons muggennetkooitje en dommelen langzaam maar zeker in…